Doordat het zo goed met het oogsten op het platte land hadden een hoop boeren geen werk meer om te doen. Ze gingen zander werk zoeken. Ze maakte werk van hun hobby's zoals: bakker of smid. Dit heet specialiseren. Er kwamen allemaal winkeltjes en kraampjes. Al die kraampjes vormde een stad. Ze kwamen rond de kraampjes wonen, in de stad. Iemand had de stad gekocht en was dan de baas. Zo iemand heet een stadsheer. Van de stadsheer kon je stadsrechten kopen. Dat zijn rechten die je kon kopen van de heer, bijvoorbeeld dat je meer rechten had voor iets. Maar de stadsheer wou de nog iets voor terug hebben (niet alleen geld) hij wou dat als er oorlog kwam dat de burgers de heer hielp met beschermen.